Bij het bereiken van het pensioen kiezen veel mensen ervoor om kleiner te gaan wonen. Je woont misschien in een groot huis met een flinke tuin waar vroeger de kinderen speelden, maar nu de kinderen al lang het huis uit zijn, heb je al die extra ruimte niet echt meer nodig. Kleiner wonen is dus een optie. Maar, hoe ga je dat nu praktisch aanpakken?
Waarom zou je eigenlijk kleiner gaan wonen na je pensioen?
De twee belangrijkste redenen hiervoor zijn eenvoudig: geld en comfort.
Minder kosten:
Na je pensioen daalt je inkomen doorgaans, zelfs als je flink hebt gespaard. Het is dan slim om op je budget te letten. Een groot huis brengt veel kosten met zich mee, terwijl een kleinere woning of een appartement vaak stukken goedkoper is in het onderhoud.
Meer comfort:
Daarnaast is er het comfort aspect. Ondanks een goede gezondheid bij pensionering kun je er niet omheen dat je ouder wordt. Een grote tuin onderhouden en lange ritten naar de winkel worden minder vanzelfsprekend. Kleiner gaan wonen, meestal in de stadskern, brengt alles wat je nodig hebt dichtbij.
Welke soorten woningen zijn geschikt voor kleiner wonen na je pensioen?
Dat hangt vooral af van je gezondheid en van je persoonlijke voorkeur. Een appartement op een centrale locatie is aantrekkelijk vanwege weinig onderhoud en de nabijheid van activiteiten en voorzieningen. Maar het kan ook beperkingen opleveren, zoals het dichter leven bij anderen waardoor je overlast kan ervaren en soms zijn er bij appartementen beperkingen voor het hebben van huisdieren.
Anderen ruilen hun grote huis in voor een kleiner exemplaar met voordelen zoals een eigen tuin maar ook nadelen zoals traplopen en zelf zorgdragen voor onderhoud. Voor wie graag dicht bij familie blijft en/of extra zorg nodig heeft, is een kangoeroewoning met twee aparte leefruimtes een optie.
Het type woning dat het beste bij je past, hangt voor een groot deel af van je gezondheid en persoonlijke voorkeur.
Moet ik eerst kopen of eerst verkopen?
Er komt behoorlijk wat kijken bij het verkopen van je huidige woning en het kopen van een nieuwe. Een veel gestelde vraag is of het verstandiger is om eerst iets nieuws te kopen en pas daarna te gaan verkopen of andersom. Daar is geen eenduidig antwoord op te geven. Voor iedereen is de situatie anders maar een gesprek met een makelaar helpt je om alles goed tegen elkaar af te wegen.
— Je verkoopt eerst je oude huis en gaat dan op zoek naar een nieuwe woning —
Bij deze optie start je eerst met de verkoop en wacht je tot je oude huis verkocht is voor je investeert in iets nieuws. Hierdoor heb je financiële zekerheid. Het nadeel is wel dat je mogelijk nog geen nieuwe woning gevonden hebt terwijl je al wel je oude huis moet verlaten. De kans bestaat dat je dan tussentijds iets zal moeten huren en wellicht meubilair moet opslaan totdat je een nieuwe woning gekocht hebt.
— Je koopt eerst een nieuwe woning en verkoopt dan je oude huis —
Deze manier is praktischer, aangezien je rechtstreeks van de oude naar de nieuwe woning kan verhuizen. Maar hoe regel je dit financieel? Om de nieuwe woning te kunnen kopen, kan je bij de bank een overbruggingskrediet voor een korte termijn aanvragen. Je leent een bedrag dat overeenkomt met de waarde van je oude huis. Zolang je oude woning nog niet verkocht is, betaal je enkel de rente voor deze lening. Na de verkoop betaal je dan het geleende bedrag terug.
Wil je een woning kopen die duurder is dan je oude huis? Hou er dan rekening mee dat het als gepensioneerde niet bij alle banken mogelijk is om nog een hypothecaire lening te krijgen.
Wat doe je met al je spullen?
Het downsizen van je woning betekent afscheid nemen van veel spullen. Ik heb een paar tips voor je:
1. Begin op tijd en zorg voor een gestructureerde aanpak: Sorteer je spullen per kamer of per categorie. Maak stapels voor wat je wilt houden, weggooien of verkopen. Vermijd de valkuil van “hier moet ik nog over nadenken” om het bewaren van onnodige spullen te voorkomen.
2. Meet je nieuwe woning op: Ken de afmetingen van de verschillende vertrekken in je nieuwe woning of appartement om te bepalen welke meubels je kunt behouden en welke echt weg moeten.
3. Denk goed na over je levensstijl: Pas je spullen aan op je nieuwe levensfase. Laat dingen los die niet meer bij je passen.
4. Digitaliseer: Overweeg het digitaliseren van herinneringen zoals cd’s, dvd’s, dia’s etc., om zo de hoeveelheid ruimte innemende spullen te verminderen.
Tot slot…
Het hele proces lijkt misschien overweldigend, maar met een gestructureerde aanpak en wat hulp kun je soepel overstappen naar een kleiner, comfortabeler leven na je pensioen. Kom je er alleen niet uit…ik werk samen met een deskundige opruimcoach die je daar uitstekend bij kan helpen.
